5 ECTS credits
150 u studietijd
Aanbieding 2 met studiegidsnummer 3019951BNW voor werkstudenten in het 1e semester met een verdiepend bachelor niveau.
Slides en nota’s worden ter beschikking gesteld via het digitaal leerplatform Canvas.
B1: gevorderde kennis van en inzicht in de ontwikkeling van software in de context van bedrijven en organizaties.
B1a: een gevorderde kennis van en inzicht in het software ontwikkelingsproces en van architecturale stijlen en kwaliteitsciteria voor software.
B1b: kent de theoretische eigenschappen van informatie en heeft een gevorderde kennis van de technieken die gebruikt worden om informatie te representeren, op te slaan, op te vragen, uit te wisselen en te verwerken en heeft inzicht in het gebruik ervan.
B2: heeft de competenties om binnen een (internationale) bedrijfs- en organizatie context een leidinggevende rol op te nemen bij het realiseren van complexe software-intensieve systemen.
B2a: kan in de context van software-intensieve systemen autonoom een probleemstelling en oplossing formuleren met aandacht voor innovatie maar ook voor de technisch-wetenschappelijke randvoorwaarden en deze (laten) uitvoeren.
B2b: kan abstractie maken van en kritisch reflecteren over de technologische state-of-the-art van de hedendaagse informatica en kan voor de uitvoering van een software-intensief project kiezen tussen de verschillende oplossingen aangereikt door de relevante deeldomeinen en kan zijn/haar keuzes op wetenschappelijke wijze motiveren.
B2c: kan op een efficiënte en effectieve wijze rapporteren en communiceren binnen een internationale bedrijfscontext, gebruikmakend van de modernste en meest gangbare hulpmiddelen, zowel mondeling als schriftelijk en zowel in het Nederlands als in het Engels.
B3: heeft de competenties om binnen een academische of industriële context onderzoek uit te voeren.
B3b: kan autonoom en in teamverband een onderzoeksprobleem aanpakken met een geschikte onderzoeksmethodiek.
B3c: kan op een wetenschappelijke wijze rapporteren en communiceren, zowel mondeling als schriftelijk, zowel naar een publiek van vakgenoten als van niet- vakgenoten en zowel in het Nederlands als in het Engels.
B4: heeft de juiste attitudes om binnen een bedrijfs- en organizatie context te functioneren als informaticus.
B4a: heeft zin voor verantwoordelijkheid, is zelf-kritisch, kan omgaan met werkdruk, is wetenschappelijk-technisch nieuwsgierig, is gedisciplineerd en nauwkeurig bij het uitwerken van een opdracht. Hij/zij vertoont deze eigenschappen zowel in zelfstandig werk als in teamverband.
B4b: beschikt over een onderzoekende houding en heeft een ingesteldheid van levenslang leren. Hij/zij is in staat zelfstandig wetenschappelijke en technische informatie te verwerven en te verwerken door vakliteratuur te raadplegen (en er correct naar te refereren). Hij/zij kan zijn/haar kennis op actieve wijze up-to-date houden.
De beoordeling bestaat uit volgende opdrachtcategorieën:
Examen Andere bepaalt 100% van het eindcijfer
Binnen de categorie Examen Andere dient men volgende opdrachten af te werken:
Mondeling examen met schriftelijke voorbereiding dat 5 vragen over verschillende delen van de cursus omvat. Een overzicht van de te gebruiken assembleertaal instructiesets mag worden geraadpleegd tijdens het examen.
Project assembleertaal programmatie met beoordeling: kwaliteit en functionaliteit van de software, rapport, mondelinge presentatie en verdediging.
Deze aanbieding maakt deel uit van de volgende studieplannen:
Voorbereidingsprogramma Master of Science in de ingenieurswetenschappen: computerwetenschappen: Traject A (76 ECTS)
Voorbereidingsprogramma Master of Science in de ingenieurswetenschappen: computerwetenschappen: Traject B (65 ECTS)