6 ECTS credits
150 u studietijd

Aanbieding 1 met studiegidsnummer 1018723AEW voor werkstudenten in het 1e semester met een inleidend bachelor niveau.

Semester
1e semester
Inschrijving onder examencontract
Mogelijk
Beoordelingsvoet
Beoordeling (0 tot 20)
2e zittijd mogelijk
Ja
Inschrijvingsvereisten
Dit opleidingsonderdeel is enkel toegankelijk voor werkstudenten.
Onderwijstaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit Psychologie en Educatiewetenschappen
Verantwoordelijke vakgroep
Experimentele en Toegepaste Psychologie
Onderwijsteam
Joeri Hofmans (titularis)
Toon Torbeyns
Jonas Debusscher
Onderdelen en contacturen
26 contacturen Hoorcollege
10 contacturen Werkvormen en Praktische Oef.
25 contacturen Zelfwerk en -studie
Inhoud

Arbeids- en Organisatiepsychologie bestudeert het gedrag van personen die tewerkgesteld zijn in diverse organisatievormen en enkele factoren die dit gedrag beïnvloeden. De aangebrachte concepten werden gekozen omdat zij een basis vormen voor recente ontwikkelingen in het vakgebied en omdat ze nuttig zijn voor studenten met verschillende achtergronden.

De behandelde topics in het theoretisch deel omvatten: mens en arbeid in een historisch perspectief, algemene psychologische begrippen over individueel en groepsgedrag in een werksituatie, diversiteit op de werkvloer, motivatie & satisfactie, autonome werksystemen & job design, leiderschap, en werving & selectie.

Het werkcollege (ENKEL VOOR STUDENTEN UIT DE OPLEIDING PSYCHOLOGIE) omvat twee onderdelen:
1. een groepstaak waarin een praktische selectiesituatie (zelf te zoeken binnen organisaties) kritisch wordt geanalyseerd
2. bijeenkomsten tijdens dewelke praktische toepassingen worden voorgesteld (oa via rollenspelen) van bepaalde thema's/concepten uit het theoretisch deel.

Studiemateriaal
Cursustekst (Vereist) : Arbeids- en organisatiepsychologie, Een verkennende inleiding, Hofmans, VUB, 2220170009636, 2022
Praktisch cursusmateriaal (Vereist) : Materiaal voor de praktische sessies wordt tijdens werkcolleges uitgedeeld en/of op het online leerplatform ter beschikking gesteld
Bijkomende info

Een eigen theoriecursus wordt via de VUB ter beschikking gesteld.
Materiaal voor de praktische sessies wordt tijdens werkcolleges uitgedeeld en/of op het online leerplatform ter beschikking gesteld.

Leerresultaten

Algemene competenties

Algemeen

1.    Je kent de basisbegrippen en theorieën uit het vakgebied en kan aangeven waarom deze relevant zijn bij het analyseren van gedrag in een arbeids- en organisatiecontext;

2.    Je kan de relevante basisbegrippen en theorieën in hun historische context plaatsen;

3.    Je kan die basisconcepten en theorieën kritisch evalueren alsook het onderzoek waaruit ze voortkomen;

4.    Je kan op basis van de basisbegrippen en theorieën uitleg geven over het dynamisch samenspel van enerzijds de differentiële sterkten en zwakten van werknemers en anderzijds enkele formele en informele organisatiekenmerken;

5.    Je kan praktische toepassingen van de basisconcepten en theorieën herkennen en duiden.

 

Hoofdstuk 1: Inleiding en situering

1.    Je kan het vak- en toepassingsgebied van de Arbeids- en Organisatiepsychologie afbakenen en kan deze situeren tov verwante vak- en toepassingsgebieden;

2.    Je kan de wetenschappelijke en maatschappelijke ontwikkelingen duiden die bijgedragen hebben aan het ontstaan van de Arbeids- en Organisatiepsychologie:

3.    Je kan deze wetenschappelijke en maatschappelijke ontwikkelingen kritisch evalueren;

Hoofdstuk 2: Enkele basisdeterminanten van gedrag

1.    Je kent de individuele en groepsdeterminanten van gedrag en kan aangeven waarom deze relevant zijn bij het analyseren van gedrag in arbeids- en organisatiesituaties;

2.    Je kan initiatieven aangeven die voorkomen dat het in groep werken en beslissen negatief uitdraait;

3.    Je kan de gevolgen van individuele en groepsdeterminanten van gedrag herkennen en duiden.

 

Hoofdstuk 3: Diversiteit op het werk

1.    Je kan aangeven wat wordt verstaan onder diversiteit

2.    Je kent de discriminatietheorieën en kan aangeven waarom deze relevant zijn bij het analyseren van gedrag in arbeids- en organisatiesituaties;

3.    Je kan enkele veel voorkomende vormen van discriminatie op de werkvloer duiden;

4.    Je kan aangeven hoe organisaties met diversiteit kunnen omgaan en welke vormen van diversiteitsmanagement minder of meer effectief zijn;

Hoofdstuk 4: Arbeidsmotivatie en –satisfactie

1.    Je kan het belang van arbeidsmotivatie en –satisfactie duiden voor zowel de organisatie als de werknemer;

2.    Je kent de basistheorieën rond arbeidsmotivatie en -satisfactie;

3.    Je kan die theorieën kritisch evalueren alsook het onderzoek waaruit ze voortkomen;

4.    Je kan op basis van de theorieën uitleg geven over hoe organisaties kunnen inspelen op de motivatie en satisfactie van hun werknemers;

5.    Je kan praktische toepassingen van de basisconcepten en theorieën herkennen en duiden.

Hoofdstuk 5: Autonome werksystemen en job design

1.    Je kan de oorzaken en gevolgen van taaksplitsing duiden;

2.    Je kan het ontstaan van autonome werksystemen en job design in zijn historische context plaatsen;

3.    Je kent de basistheorieën rond autonome werksystemen en job design;

4.    Je kan die theorieën kritisch evalueren alsook het onderzoek waaruit ze voortkomen;

5.    Je kan praktische toepassingen van deze theorieën herkennen en duiden.

Hoofdstuk 6: Leiderschap

1.    Je kan definiëren wat leiderschap is en kent de verschillende leiderschapstheorieën;

2.    Je kan die theorieën kritisch evalueren alsook het onderzoek waaruit ze voortkomen;

3.    Je kan op basis van de theorieën uitleg geven over het dynamisch samenspel van enerzijds de kenmerken van de leider en anderzijds enkele formele en informele taakkenmerken.

Hoofdstuk 7: Werving en selectie van personeel

1.    Je kent de verschillende stappen in het wervings- en selectieproces;

2.    Je kan voor elk van deze stappen aangeven wat deze inhouden en hoe men hier invulling aan kan geven;

3.    Je kan de predictoren die gebruikt worden in selectieprocedures aan de hand van wetenschappelijke criteria beoordelen.

Beoordelingsinformatie

De beoordeling bestaat uit volgende opdrachtcategorieën:
Examen Schriftelijk bepaalt 75% van het eindcijfer

WPO Praktijkopdracht bepaalt 25% van het eindcijfer

Binnen de categorie Examen Schriftelijk dient men volgende opdrachten af te werken:

  • Schriftelijk examen theorie met een wegingsfactor 75 en aldus 75% van het totale eindcijfer.

    Toelichting: Schriftelijk examen (HOC - Theoriecursus): telt mee voor 75% indien ook WPO, zoniet telt het mee voor 100%

Binnen de categorie WPO Praktijkopdracht dient men volgende opdrachten af te werken:

  • Aanwezigheid met een wegingsfactor 5 en aldus 5% van het totale eindcijfer.

    Toelichting: Werkcollege (WPO - Oefeningen): telt mee voor 5% - aanwezigheid tijdens de bijeenkomsten van de werkcolleges (telt mee voor 5%). Indien aan een van beide onderdelen niet voldaan is (of uitkomt op een 0(nul)), geldt dit als een afwezigheid voor het werkcollege, en dus ook voor het totale opleidingsonderdeel.
  • Groepstaak met een wegingsfactor 20 en aldus 20% van het totale eindcijfer.

    Toelichting: Werkcollege (WPO - Oefeningen): telt mee voor 20% - deze punten worden samengesteld op basis van een af te leveren groepstaak (telt mee voor 20%). Indien aan een van beide onderdelen niet voldaan is (of uitkomt op een 0 (nul)), geldt dit als een afwezigheid voor het werkcollege, en dus ook voor het totale opleidingsonderdeel.
    Indien de student niet geslaagd is in eerste zittijd en het werkcollege ook een onvoldoende heeft opgeleverd (minder dan 50% van de hier te verdelen punten), kan er in functie van de tweede zittijd individueel een nieuwe taak gemaakt worden die moet afgegeven worden op de eerste dag van de tweede zittijd (12u). Het cijfer voor de aanwezigheid tijdens de werkcolleges kan niet hernomen worden voor de tweede zittijd, en blijft dus behouden.

Aanvullende info mbt evaluatie

1e zittijd: Schriftelijk examen (meerkeuze met hogere cesuur) op basis van de theoretische cursus.
2e zittijd: Schriftelijk examen (meerkeuze met hogere cesuur) op basis van de theoretische cursus

Het meerkeuze-examen zal gequoteerd worden door positieve scoring met Hogere Cesuur. Er worden dus géén punten afgetrokken voor een fout antwoord. Het halen van punten door te gokken wordt daarentegen wél verwerkt in het eindpunt door de slaaggrens (= cesuur) te verhogen. Bijvoorbeeld: de cesuur voor een meerkeuze-examen met 45 meerkeuzevragen met voor elke vraag 4 antwoordmogelijkheden is 28,125. Je zal in dat geval 28,125 van de 45 vragen juist moeten beantwoorden om een 10/20 te behalen. De examenstrategie is door deze methode eenvoudig: Doe je best op heel het examen, vragen die je niet weet of gedeeltelijk weet gok je naar best vermogen, zonder zorgen over ev. puntenaftrek.


Voor beide zittijden worden de twee onderdelen van het werkcollege mee in rekening gebracht (ENKEL VOOR DE STUDENTEN PSYCHOLOGIE VAN TOEPASSING).

Voor de totstandkoming van een individuele quotering op de groepstaak zal gebruik gemaakt worden van een peer assessment (verplicht).
Studenten dienen hierbij zichzelf en medegroepsleden te beoordelen op een aantal criteria. Het resultaat hiervan is een individuele aanpassingsfactor. De aanpassingsfactor zal gebruikt worden om het groepspunt (= de inherente waarde van de groepstaak) te individualiseren. Dit gebeurt door het groepspunt te vermenigvuldigen met de aanpassingsfactor. 
Als een student geen peer assessment invult binnen de gestelde deadline, kan de docent beslissen om de maximale aftrek van punten te hanteren. 
De docent heeft steeds het laatste woord en kan beslissen om de aanpassingsfactor te versterken, af te zwakken, of er zelfs helemaal geen rekening mee te houden, indien de bekomen scores niet betrouwbaar blijken te zijn. Deze beslissing zal in principe slechts in uitzonderlijke gevallen genomen worden, maar zal steeds gebaseerd zijn op duidelijke argumenten, analyses, en/of extra observaties/gesprekken

Indien een student na eerste zittijd een onvoldoende heeft als eindcijfer, en
- een totaalcijfer voor het werkcollege heeft behaald dat voldoende is (min. 50% van de hier te verdienen punten), dan blijft dit cijfer ook gelden voor 2e zittijd;
- het werkcollege ook een onvoldoende heeft opgeleverd (minder dan 50% van de hier te verdienen punten), kan in functie van de tweede zittijd individueel een nieuwe taak gemaakt worden die moet afgegeven worden op de eerste dag van de tweede zittijd (12u). Indien er geen nieuwe taak ingediend werd, dan blijft het cijfer uit eerste zittijd behouden. Het cijfer voor de aanwezigheid tijdens de werkcolleges kan niet hernomen worden voor tweede zittijd, en blijft dus sowieso behouden.

Toegestane onvoldoende
Kijk in het aanvullend OER van je faculteit na of een toegestane onvoldoende mogelijk is voor dit opleidingsonderdeel.

Academische context

Deze aanbieding maakt deel uit van de volgende studieplannen:
Bachelor in de psychologie: Profiel arbeids- & organisatiepsychologie
Bachelor in de psychologie: Startplan
Bachelor in de psychologie: Profiel klinische psychologie
Bachelor in de psychologie: Verkort traject Profiel Arbeids- en Organisatiepsychologie
Bachelor in de agogische wetenschappen: profiel sociale agogiek
Bachelor in de agogische wetenschappen: profiel culturele agogiek
Bachelor in de agogische wetenschappen: Startplan
Bachelor handelsingenieur: Standaard traject
Bachelor handelsingenieur: Verkort traject na vooropleiding Professionele bachelor Bedrijfsmanagement met Afstudeerrichting Accountancy-fiscaliteit of Financie- en verzekeringswezen
Bachelor handelsingenieur: Verkort traject na vooropleiding Professionele bachelor Bedrijfsmanagement met Afstudeerrichting Logistiek Management of Professionele bachelor toegepaste informatica
Bachelor handelsingenieur: Verkort traject na vooropleiding Industriële wetenschappen of Ingenieurswetenschappen
Bachelor in de toegepaste economische wetenschappen: Standaard traject
Bachelor in de toegepaste economische wetenschappen: minor politieke wetenschappen
Bachelor in de toegepaste economische wetenschappen: minor rechten
Bachelor in de toegepaste economische wetenschappen: minor sociologie
Bachelor in de toegepaste economische wetenschappen: minor wijsbegeerte en moraalwetenschappen
Bachelor in de toegepaste economische wetenschappen: minor management en beleid van de gezondheidszorg
Bachelor in de toegepaste economische wetenschappen: Verkort traject na vooropleiding Professionele bachelor Bedrijfsmanagement met Afstudeerrichting Accountancy-fiscaliteit of Financie- en verzekeringswezen
Bachelor in de toegepaste economische wetenschappen: Verkort traject na vooropleiding Professionele bachelor Bedrijfsmanagement met Afstudeerrichting Logistiek Management of Professionele bachelor toegepaste informatica
Bachelor in de toegepaste economische wetenschappen: Verkort traject na vooropleiding Professionele bachelor Bedrijfsmanagement met Afstudeerrichting Marketing
Bachelor in de toegepaste economische wetenschappen: minor onderwijs
Bachelor in de politieke wetenschappen en de sociologie: - afstudeerrichting sociologie, minor organisatie en beleid
Master in de criminologische wetenschappen: Standaard traject
Educatieve master in de maatschappijwetenschappen: communicatiewetenschappen (90 ECTS, Etterbeek)
Master in het sociaal recht: Standaard traject
Schakelprogramma Master of Science in de bedrijfskunde: Traject 1
Schakelprogramma Master of Science in de bedrijfskunde: Traject 2
Schakelprogramma Master of Science in de psychologie: Traject van 90 studiepunten met Profiel Arbeids- en Organisatiepsychologie
Schakelprogramma Educatieve Master of Science in de economie: Standaard traject
Voorbereidingsprogramma Master of Science in de psychologie: profiel arbeids- en organisatiepsychologie