6 ECTS credits
150 u studietijd
Aanbieding 2 met studiegidsnummer 4003400FNR voor alle studenten in het 1e semester met een gespecialiseerd master niveau.
De cursus biedt een introductie op de materiële cultuurstudies met een toepassing ervan binnen de Cyprische archeologie. Materiële cultuurstudies bestuderen de relatie tussen mensen en objecten. Door de studie van het gebruik, de consumptie, de creatie en de handel van objecten, evenals het gedrag, de normen en rituelen worden verklaringen gezocht voor sociale relaties en verhoudingen, identiteit en status.
De Cyprische materiële cultuur van het paleolithicum tot de Romeinse periode zal de rode draad vormen doorheen de cursus.
Voor het examen moeten de relatie tussen objecten en mensen gerelateerd worden binnen het socio-culturele kader van de materiële cultuur van de Cyprische archeologie
De Cyprische ceramiek wordt tijdens de hoorcolleges bestudeerd via schervenmateriaal.
De student kan de relaties tussen objecten en mensen uit de Cyprische archeologie van het paleolithicum tot aan de Romeinse periode duiden en plaatsen binnen het kader van de materiële cultuurstudies.
De student kan de interrelaties in de mediterrane wereld tijdens de oudheid uitleggen.
De student kan Cyprische aardewerkfragmenten determineren en het aardewerk linken aan de periode van productie en gebruik in relatie tot de gebruikers.
De student kan zelfstandig een onderzoek voeren naar de relatie tussen mensen en objecten en dit in een bredere culturele en socio-economische context plaatsen.
De beoordeling bestaat uit volgende opdrachtcategorieën:
Examen Mondeling bepaalt 70% van het eindcijfer
ZELF Verslag bepaalt 30% van het eindcijfer
Binnen de categorie Examen Mondeling dient men volgende opdrachten af te werken:
Binnen de categorie ZELF Verslag dient men volgende opdrachten af te werken:
70%: Mondeling met schriftelijke voorbereiding: beantwoorden van een synthesevraag die peilt naar de verworven inzichten in een groter geheel van de cursus; commentariëren van afbeeldingen en/of scherven: artefacten kunnen plaatsen in tijd en ruimte.
30%: Voorafgaand aan het examen krijgt elke student een individuele zelfstandige opdracht.
Deze aanbieding maakt deel uit van de volgende studieplannen:
Master in de kunstwetenschappen en de archeologie: Standaard traject