6 ECTS credits
150 u studietijd
Aanbieding 1 met studiegidsnummer 1015472ANR voor alle studenten in het 2e semester van een even academiejaar (bvb. 2012-2013) met een inleidend bachelor niveau.
Het terreinwerk betreft de geomorfologie van verschillende landschappen in België of naburige strken, met specifieke aandacht voor rivier geomorfologie en de wisselwerking tussen topografie, geologie en landgebruik. Het bevat terreinwerk (topografische kaartering en opmetingen, kaartering van landschapskarakteristieken, ..) en excursies waar aan de hand van waarnemingen (landschappelijke, …) aangevuld met literatuur (eventueel onder leiding van lokale experten) verschijnselen die in de cursus theoretisch behandeld werden, een concrete gedaante aannemen.
Het terreinwerk is georganiseerd over 6 dagen, inbegrepen gedurende officiele verlofdagen en week-end dagen. De datum van het terreinwerk wordt aan het begin van de semester aan alle studenten gecommuniceerd.
Terreinwerk I en II zijn beide verplichte OO in 1BA en 2BA Geografie, maar worden 2-jaarlijks afwisselend georganiseerd. Groepsverlsag en terreinnota’s (terreinboek) van de student worden zelf aangevuld met ter beschikking gestelde nota’s en/of figuren.
Deelnaam aan de excursie en voorbereidingsessie is verplicht.
Aanvullende studiemateriaal:
Literatuur betreffende het behandelde onderwerp is beschikbaar op het leerplatform en/of op te zoeken door de student.
De bedoeling van dit terreinwerk is de basistechnieken van het geografisch terreinonderzoek bij te brengen. Daarnaast wordt tijdens binnen- en buitenlandexcursies rechtstreeks kennis gemaakt met verschijnselen die in de vakken fysische en sociale geografie theoretische worden behandeld.
De theoretische initiële vorming in de geografie wordt daarbij aangevuld met de praktijk: de student leert om specifieke observaties op het terrein, via abstractie, te koppelen aan theoretisch verworven kennis. Het terreinwerk draagt bij tot het verwerven van de nodige kennis en vaardigheden die de student in staat moet stellen om problemen met een duidelijk geografische dimensie vanuit een ruimtelijke invalshoek te analyseren. Ook worden hier technieken aangeleerd om de verworven kennis op een heldere wijze te kunnen synthetiseren, en zowel mondeling als schriftelijk te kunnen rapporteren. Verder wordt geleerd om in groepsverband te functioneren, onderzoeksvragen op basis van wetenschappelijke literatuur te antwoorden en waarnemingen met een kritische geest te benaderen. Het vermogen tot abstractie en synthese wordt verder gestimuleerd;
De beoordeling bestaat uit volgende opdrachtcategorieën:
ZELF Groepswerk bepaalt 30% van het eindcijfer
ZELF Presentatie bepaalt 20% van het eindcijfer
ZELF Praktijkopdracht bepaalt 25% van het eindcijfer
ZELF Paper bepaalt 25% van het eindcijfer
Binnen de categorie ZELF Groepswerk dient men volgende opdrachten af te werken:
Binnen de categorie ZELF Presentatie dient men volgende opdrachten af te werken:
Binnen de categorie ZELF Praktijkopdracht dient men volgende opdrachten af te werken:
Binnen de categorie ZELF Paper dient men volgende opdrachten af te werken:
Evaluatie:
- Voorbereidingsverslag (30%) inbegrepen peer evaluatie
oor de totstandkoming van de individuele quotering op het groepswerk zal gebruik gemaakt worden van
een peer assessment (verplicht). Studenten dienen hierbij zichzelf en medegroepsleden te beoordelen op
een aantal criteria. Het resultaat hiervan is een individuele aanpassingsfactor. De aanpassingsfactor zal
gebruikt worden om het groepspunt (= de inherente waarde van het groepswerk) te individualiseren.
- Groepspresentatie (20%)
- Terreinnota's (25%)
- Individuele schriftelijke essay na excursie (25%)
Een cijfer >8/20 voor elke deel van de evalutie is nodig om te slagen voor het vak.
Deze aanbieding maakt deel uit van de volgende studieplannen:
Bachelor in de geografie: Standaard traject