3 ECTS credits
90 u studietijd
Aanbieding 1 met studiegidsnummer 1020463BNR voor alle studenten in het 1e semester met een verdiepend bachelor niveau.
Deze cursus handelt over de 'algemene' farmacologie. Dit is de verzameling van de kenmerken die in mindere of meerdere mate eigen zijn aan alle farmaca. Eerst worden de verschillende toedieningswegen besproken evenals het biotransport van geneesmiddelen. Dan volgt een bespreking van de processen die aan de basis liggen van resorptie,distributie en elminatie van geneesmiddelen. Deze processen bepalen, samen met de dosis, de grootte en het tijdsverloop van de concentratie aan farmaconmoleculen bij hun aangrijpingspunten en daarmee de intensiteit en de werkingsduur van het farmacologisch effect. Deze aspecten worden besproken in het hoofdstuk "Farmacokinetiek". In het hoofdstuk "Farmacodynamiek" wordt de wisselwerking van de farmaca en hun aangrijpingspunten besproken, m.a.w. de manier waarop ze hun effecten tot stand brengen. Verder worden ook de diverse factoren besproken die het uiteindelijk biologisch effect van een geneesmiddel kunnen beinvloeden; daarbij gaat speciale aandacht ondermeer naar de invloed van genetisch factoren ("farmacogenetiek"). In verdere hoofdstukken worden bijwerkingen en toxiciteit van geneesmiddelen besproken, en wordt een overzicht gegeven van hoe geneesmiddelen ontwikkeld, onderzocht, en geregistreerd worden. Het practicum heeft voornamelijk betrekking op oefeningen in farmacokinetiek.
De powerpointpresentaties via het digitaal leerplatform.
Het verwerven van kennis en begrip van de basisprincipes van de farmacologie, met name over de manier waarop geneesmiddelen (in het algemeen) toegediend, geresorbeerd, verdeeld en geelimineerd worden, over de manier waarop de concentratie verandert in functie van de tijd na toediening (farmacokinetiek) en de manier waarop geneesmiddelen effecten tot stand brengen (farmacodynamiek). Inzicht in deze basisprincipes is voorwaarde voor een goed en rationeel gebruik van geneesmiddelen voor de behandeling van patienten.
De beoordeling bestaat uit volgende opdrachtcategorieën:
Examen Schriftelijk bepaalt 70% van het eindcijfer
Examen Praktijk bepaalt 30% van het eindcijfer
Binnen de categorie Examen Schriftelijk dient men volgende opdrachten af te werken:
Binnen de categorie Examen Praktijk dient men volgende opdrachten af te werken:
De kennis van de stof gedoceerd tijdens de hoorcolleges (HOC) en de praktische oefeningen (WPO) wordt met een schriftelijk examen geëvalueerd.
Berekening van de eindevaluatie: In de eindevaluatie, meegedeeld aan de examencommissie, worden de evaluaties van de HOC (70%) en de WPO (30%) verrekend a rato van de studielast. Indien de student een cijfer van 7/20 of minder heeft behaald op ofwel theorie ofwel PO, wordt dit laagste cijfer als eindevaluatie aan de examencommissie overgemaakt.
Het examen bestaat uit open vragen en meerkeuzevragen. Het deel meerkeuzevragen zal gequoteerd worden door positieve scoring met Hogere Cesuur. Er worden dus géén punten afgetrokken voor een fout antwoord. Het halen van punten door te gokken wordt daarentegen wél verwerkt in het eindpunt door de slaaggrens (= cesuur) te verhogen. De cesuur voor het examen en de exacte omzettingstabel zal tijdig op Canvas en in de exameninstructies gecommuniceerd worden.
Deze aanbieding maakt deel uit van de volgende studieplannen:
Bachelor in de biomedische wetenschappen: traject voor studenten met professioneel bachelordiploma Biomedische Laboratoriumtechnologie van de Erasmus Hogeschool Brussel