9 ECTS credits
250 u studietijd

Aanbieding 1 met studiegidsnummer 1023666BNR voor alle studenten in het 1e semester met een verdiepend bachelor niveau.

Semester
1e semester
Inschrijving onder examencontract
Niet mogelijk
Beoordelingsvoet
Beoordeling (0 tot 20)
2e zittijd mogelijk
Ja
Inschrijvingsvereisten
Je hebt 'Inleiding tot de criminologie en de strafrechtsbedeling' gevolgd, alvorens 'Theoretische Criminologie en victimologie' op te nemen. Deze inschrijvingsvereiste is enkel geldig voor studenten bachelor Criminologische Wetenschappen (standaardtraject).
Onderwijstaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit Recht en Criminologie
Verantwoordelijke vakgroep
Criminologie
Onderwijsteam
Jenneke Christiaens (titularis)
Jasmine De Backer
Onderdelen en contacturen
30 contacturen Hoorcollege
6 contacturen Werkvormen en Praktische Oef.
6 contacturen Werkvormen en Praktische Oef.
220 contacturen Zelfwerk en -studie
Inhoud

Dit opleidingsonderdeel van 9 sp bestaat uit twee onderdelen; een hoorcollege (6sp) en een werkcollege (3sp).

Hoorcollege (6SP - 30 u):

In het eerste deel van de hoorcolleges wordt ingegaan op de ontwikkeling van het wetenschappelijk criminologische denken inzake het probleem van de verklaringen voor criminaliteit, daderschap en slachtofferschap. De kern van dit deel wordt gevormd door het bespreken en analyseren van de ontwikkeling van de diverse criminologische theorieën en denkkaders doorheen de tijd en dus het ontstaan van de criminologie als wetenschappelijke discipline. Deze wetenschapsontwikkelingen worden besproken als genealogieën van de te onderkennen manieren om het criminologische onderzoeksobject te bestuderen. Belangrijk daarbij zijn dus de algemene wetenschappelijke uitgangspunten van deze perspectieven, de visie ten aanzien van het normatief kader (strafrecht en kwalificatie), de visie op dader en slachtoffer, de achterliggende (impliciete) vooronderstellingen over de menselijke aard, de structurele aspecten van de samenleving en de wijze waarop maatschappelijke en dus politieke orde tot stand komt.

In een tweede deel van de cursus wordt aandacht besteed aan enkele specifieke invalshoeken die het klassieke criminologische denken op de proefstellen, zoals het radicale denken, het feminisme, het abolitionisme, maar ook het dekoloniseringsdenken en het ecologisch denken.

In het kader van de hoorcolleges wordt ook een lectuuropdracht gegeven. Studenten moeten een (jaarlijks) opgegeven werk (meestal een roman) lezen.  De bedoeling van deze lectuur is te komen tot een reflectie over de criminologische relevantie van het werk en verband leggen naar het criminologisch wetenschappelijk denken (brug leggen naar de cursus).

Werkcollege (3 SP - 6 uur):

De doelstelling van de werkcolleges is de aangeleerde stof uit het hoorcollege actief toe te passen en uit te werken in WEC opdrachten. Een nota over deze opdrachten wordt jaarlijks ter beschikking gesteld. De WPO lessen zijn niet verplicht, maar studenten moeten de WPO opdrachten wel opleveren om te kunnen deelnemen aan het examen. Er worden 2 X 2 contacturen voorzien, alsook 2 U voor presentaties van opdrachten (of een deel van de opdrachten). 

Studiemateriaal
Handboek (Vereist) : The Sage dictionary of criminology, The Sage dictionary of criminology, E. McLaughlin & J. Muncie, 4th Ed., Sage, London, 978-1-5264-3672-6, 2019
Digitaal cursusmateriaal (Vereist) : Divers studiemateriaal (teksten, audio, video, clips, ...) beschikbaar op canvas, Canvas, K. Wittebrood, P. Nieuwbeeta, 2024-2025, Tijdschrift voor Criminologie, 48 (3), 227 – 242
Bijkomende info

Dit onderdeel wordt ook onderwezen voor de avondstudenten. Er worden maximaal 3 bijeenkomsten van telkens 3u voorzien. De werkstudenten moeten ook de WPO opdrachten opleveren met het oog op deelname aan het examen.

Leerresultaten

Specifieke competenties

Kennis en inzicht:

  • Studenten kennen en begrijpen de verschillende criminologische theoretische denkkaders inzake criminaliteit en slachtofferschap
  • Studenten hebben inzicht in de (historische) totstandkoming van theoretische denkkaders en de centrale concepten van elke theorie.
  • Studenten kennen en hebben inzicht in de belangrijkste kritieken die kunnen worden geformuleerd ten aanzien van de besproken criminologische theorieën/
  • Studenten kunnen verschillende theorieën met elkaar vergelijken, de sterktes en zwaktes van deze theorieën analyseren en bedenkingen formuleren over de stand van het theoretisch denken in de criminologie
  • Studenten kunnen het verband leggen tussen de verschillende criminologische theoretische denkkaders en beleids- of praktijk toepassingen. Zij kunnen hierbij kritische, wetenschappelijk onderbouwde bedenkingen formulerenStudenten kunnen benoemen wat de relevantie van de besproken perspectieven en concepten zijn in de huidige maatschappij. 

Vaardigheden:

  • Studenten ontwikkelen een logische en gestructureerde manier van denken
  • Studenten kunnen criminologische theorieën bespreken en analyseren hierover bedenkingen en een kritische mening ontwikkelen en formuleren
  • Studenten kunnen ideeën in een heldere, begrijpelijke en verzorgde taal uiteenzetten
  • Studenten kunnen een wetenschappelijke paper schrijven over de toepassing van besproken criminologische theorieën in het kader van een concreet vraagstuk. 
  • Studenten kunnen eigen wetenschappelijk onderbouwde inzichten op een synthetische en gestructureerde wijze communiceren

Attitudes:

  • Studenten hebben een geïnteresseerde, leergierige en zelfstandige ingesteldheid ten aanzien van het criminologische denken en de historische ontwikkeling van verschillende theorieën.
  • Studenten ontwikkelen een onderzoekende attitude ten aanzien van criminologische denkkaders, hun uitgangspunten en basisbegrippen. 

Beoordelingsinformatie

De beoordeling bestaat uit volgende opdrachtcategorieën:
Examen Schriftelijk bepaalt 75% van het eindcijfer

WPO Praktijkopdracht bepaalt 25% van het eindcijfer

Binnen de categorie Examen Schriftelijk dient men volgende opdrachten af te werken:

  • Examen Schriftelijk met een wegingsfactor 1 en aldus 75% van het totale eindcijfer.

Binnen de categorie WPO Praktijkopdracht dient men volgende opdrachten af te werken:

  • WPO Praktijkopdracht met een wegingsfactor 1 en aldus 25% van het totale eindcijfer.

Aanvullende info mbt evaluatie

Het examen over het hoorcollege-deel telt voor 75% mee in de eindevaluatie, het werkcollege voor 25%.

Hoorcollege (75%): Het schriftelijk examen bestaat uit enkele (beperkt aantal) meerkeuzevragen, maar voornamelijk uit (korte) open vragen, en of een essay vraag.

De essay vraag betreft de lectuuropdracht die bij aanvang van het semester aan de studenten wordt meegegeven. Bedoeling van deze lectuur opdracht is op een criminologische reflectie te formuleren over het te lezen werk (meestal een roman) en het verband te leggen naar de cursusinhoud.  

Werkcollege (25%): De werkcolleges zijn niet verplicht, maar de WPO opdrachten zijn wel verplicht. Studenten moeten de werkcollege opdrachten dus hebben ingediend om te kunnen deelnemen aan het schriftelijk examen. Indien studenten de WPO opdrachten (of één van de opdrachten) niet hebben ingediend worden zij doorverwezen naar de 2de zittijd. 

Toegestane onvoldoende
Kijk in het aanvullend OER van je faculteit na of een toegestane onvoldoende mogelijk is voor dit opleidingsonderdeel.

Academische context

Deze aanbieding maakt deel uit van de volgende studieplannen:
Bachelor in de criminologische wetenschappen: Standaard traject
Bachelor in de criminologische wetenschappen: Verkort traject