6 ECTS credits
150 u studietijd
Aanbieding 1 met studiegidsnummer 1020860AEW voor werkstudenten in het 2e semester met een inleidend bachelor niveau.
Deze cursus is opgevat als een initiatie tot de paleografie. Concreet worden aan de studenten de vaardigheden bijgebracht die hen moeten toelaten teksten in oud schrift te ontcijferen en te transcriberen. Tijdens een inleidende les worden de basisbegrippen van de paleografie uiteengezet en wordt toelichting gegeven bij de afkortingssystemen die in de middeleeuwen en de moderne tijden gebruikt werden. Daarna wordt tijdens de lessen onder de vorm van praktische oefeningen een reeks handgeschreven teksten in het Nederlands en het Frans van de 13de tot en met de 20ste eeuw gelezen. Het betreft zowel archiefbronnen (in oorkonden- of gebruiksschrift) als uittreksels uit bibliotheekbronnen (in boekschrift). Er wordt tijdens deze lessen een actieve deelname van de studenten verwacht.
Werkstudenten kunnen na de inleidende les zelfstandig de vaardigheid inoefenen aan de hand van het aangereikte cursusmateriaal. Er worden bijeenkomsten voorzien waarbij studenten vragen kunnen voorleggen aan de docent. Er wordt tijdens deze bijeenkomsten een actieve deelname van de studenten verwacht.
Digitaal cursusmateriaal (Vereist) : Lesslides. Afbeeldingen van de teksten die in de les worden besproken worden via Canvas voor elke les beschikbaar gesteld. Transcripties van deze teksten zijn na afloop te raadplegen op Canvas.
Digitaal cursusmateriaal (Vereist) : Op Canvas is een digitale oefenomgeving met een 40-tal oefeningen beschikbaar.
Handboek (Vereist) : Oud schrift voor beginners. Een inleiding tot de paleografie., Georges Declercq en Hanne Roose, Academia Press, Gent, 9789401491297, 2023
Studenten kunnen handgeschreven documenten in het Nederlands en het Frans uit de late middeleeuwen en de moderne tijden lezen en transcriberen.
De beoordeling bestaat uit volgende opdrachtcategorieën:
Examen Schriftelijk bepaalt 95% van het eindcijfer
ZELF Praktijkopdracht bepaalt 5% van het eindcijfer
Binnen de categorie Examen Schriftelijk dient men volgende opdrachten af te werken:
Binnen de categorie ZELF Praktijkopdracht dient men volgende opdrachten af te werken:
Schriftelijk examen. Studenten transcriberen één tekst uit de middeleeuwen en één tekst uit de vroegmoderne of moderne periode. Elk van de twee teksten telt mee voor de helft van de punten van het schriftelijk examen.
Studenten dienen een voldoende score te behalen voor elk van de twee teksten afzonderlijk om voor het vak als geheel te kunnen slagen. Indien de student op één van de twee teksten een onvoldoende behaalt, bepaalt het resultaat voor die tekst het eindcijfer voor het vak.
Studenten moeten 2 verplichte tutorials volledig maken in de digitale oefenomgeving.
Indien een student tijdens de eerste zittijd een onvoldoende behaalde voor het vak als geheel, maar wel een voldoende behaalde op één van de twee examenteksten, kan het deelcijfer van die tekst worden overgedragen naar de tweede zittijd. Voor de tweede zittijd dient de student twee nieuwe tutorials te maken in de digitale oefenomgeving.
Deze aanbieding maakt deel uit van de volgende studieplannen:
Bachelor in de wijsbegeerte en de moraalwetenschappen: Standaard traject
Bachelor in de geschiedenis: minor Human Sciences
Bachelor in de geschiedenis: minor Social Sciences
Bachelor in de kunstwetenschappen en de archeologie: Profiel profiel Kunstwetenschappen en archeologie
Schakelprogramma Master of Arts in de geschiedenis: Standaard traject (60 ECTS)
Schakelprogramma Master of Arts in de geschiedenis: Standaard traject (81 ECTS)
Schakelprogramma Educatieve Master of Science in de cultuurwetenschappen: Standaard traject
Voorbereidingsprogramma Master of Arts in de geschiedenis: Standaard traject (60 ECTS)
Voorbereidingsprogramma Master of Arts in de geschiedenis: Standaard traject (81 ECTS)