Moderne kunst

6 ECTS credits
150 u studietijd

Aanbieding 1 met studiegidsnummer 1020906BEW voor werkstudenten in het 2e semester met een verdiepend bachelor niveau.

Semester

2e semester

Inschrijving onder examencontract

Mogelijk

Beoordelingsvoet

Beoordeling (0 tot 20)

2e zittijd mogelijk

Inschrijvingsvereisten

Om dit vak te kunnen registreren moet je minstens 30 stp. behaald hebben in de bachelor. Als je een verkort programma volgt, kan je dit vak zo opnemen. Vakcodes die eindigen op 'W' kunnen enkel door werkstudenten geregistreerd worden.

Onderwijstaal

Nederlands

Faculteit

Faculteit Letteren en Wijsbegeerte

Verantwoordelijke vakgroep

History, Archaeology, Arts, Philosophy and Ethics

Onderwijsteam

Hans De Wolf (titularis)
Joris D'Hooghe

Onderdelen en contacturen

26 contacturen Hoorcollege
130 contacturen Zelfstudie en externe werkvormen

Inhoud

De cursus heeft als doel een overzicht aan te bieden van de schilderkunst en de sculptuur van de 19de en de 20ste eeuw. Van de studenten wordt verwacht kunsthistorische fenomenen te kunnen plaatsen binnen een historische context en causale verbanden te kunnen doorzien. Tegelijk wordt ook aandacht besteed aan intrinsieke esthetische eigenschappen die binnen individuele kunstwerken kunnen worden onderscheiden.

De cursus vangt aan met een generieke tijdslijn die begint met de Franse revolutie en eindigt bij de eerste Wereldoorlog, op deze tijdslijn worden vervolgens de keerpunten aangegeven, cultuurhistorische evenementen die een blijvende invloed hebben gehad op de culturele productie van dat moment. Vervolgens worden de belangrijkste stilistische en kunsthistorische richtingen besproken zoals deze zich tijdens dat tijdsverloop hebben voorgedaan. We beginnen met het Neoclassicisme gaan dan verder met de Romantiek, het Academisme, de opkomst van niet-Westerse invloeden, de schilderkunsten in Engeland tijdens de eerste helft van de 19e eeuw (the Sublime and the Picturesque) het Naturalisme en het Realisme. Een speciale zoom op de schilder Eduard Manet, het Impressionisme, het Post-Impressionisme, het Symbolisme en ten slotte de Avant-Gardes van het begin van de 20ste eeuw. Het is belangrijk dat de studenten al deze artistieke bewegingen kunnen plaatsen binnen een ruimere historische context.

Gezien dit een overzichtsvak is, is het ook de bedoeling dat dit materiaal beschouwd kan worden als parate kennis en dus wordt er ook verwacht dat de studenten de besproken kunstwerken niet alleen kunnen herkennen en plaatsten binnen de besproken stijlbewegingen, maar dat ze eveneens de naam van de kunstenaar en het kunstwerk kunnen benoemen een een approximatieve datering kunnen toepassen.

Van de studenten wordt ook een beperkte persoonlijke inbreng verwacht. Gezien de onwaarschijnlijke rijkdom van artistieke bewegingen die zich tijdens deze periode hebben voorgedaan is het uiteraard onmogelijk om volledigheid na te streven en dus krijgen de studenten de gelegenheid om een aspect van deze periode aan de cursus toe te voegen die we tijdens de hoorcolleges niet hebben behandelt. Ze doen dit aan de hand van korte voorbereiding en geïllustreerd op de manier die hen het beste past. Het is niet de bedoeling dat deze oefening het voorwerp wordt van een schriftelijke paper er wordt alleen gepeild naar de interesse en de scherpzinnigheid van de student.

Studiemateriaal

Handboek (Vereist) : Nineteenth Century Art, A Critical History, Stef Eisenman, 5de, London, Thames & Hudson, 9780500294895, 2020
Handboek (Vereist) : Das irdische Paradies, Motive und Ideen des 19. Jahr-hunderts, Werner Hoffmann, BIB, 9783791300849, 1991
Digitaal cursusmateriaal (Vereist) : Sinds het academiejaar 2017-18 is de volledige lijst van kunstwerken die tijdens de hoorcolleges worden besproken ter beschikking gesteld, Canvas

Bijkomende info

De cursus neemt de vorm aan van een hoorcollege, gezien dit een inleidende overzichtscursus is, gebeurt het verwerken van de informatie op een cumulatieve wijze die weinig ruimte toelaat voor discussie en debat.

Leerresultaten

Algemene competenties

De studenten getuigen ervan een inzicht te hebben verkregen in de historische context van de 19e en de vroege 20e eeuw.
De studenten kunnen binnen deze historische context de belangrijkste historische wendingen aanduiden.
De studenten verwerven een overzicht in de dominanten kunststrekkingen van deze tijdsperiode. De studenten kunnen daarbij ook een begrip als ‘avant-garde’ duiden en illustreren. De studenten herkennen de belangrijkste kunstwerken binnen elk van deze stromingen en kunnen deze zowel benoemen als de auteur ervan kennen.
De studenten kunnen verbanden leggen tussen de verschillende periodes.
De studenten getuigen ook van een persoonlijke inbreng bij het benaderen van de cursus.

Beoordelingsinformatie

De beoordeling bestaat uit volgende opdrachtcategorieën:
Examen Mondeling bepaalt 100% van het eindcijfer

Binnen de categorie Examen Mondeling dient men volgende opdrachten af te werken:

examen mondeling met een wegingsfactor 1 en aldus 100% van het totale eindcijfer.

Toelichting: - Oral (written preparation upon request)
- Main question and secondary questions
- Recognise and analyse relevant works of art from the syllabus

Aanvullende info mbt evaluatie

De beoordeling bestaat uit volgende opdrachtcategorieën:

Examen Mondeling bepaalt 100% van het eindcijfer

Het examen wordt mondeling afgenomen. Bij de aanvang van het examen krijgen de studenten een hoofdvraag die betrekking heeft op een omvangrijk deel van de cursus en die schriftelijk kan worden voorbereid. Daarna volgen een aantal kleinere vragen en detailvragen. Tenslotte krijgen de studenten de gelegenheid hun contributie bij de cursus toe te lichten.

Deel 1: HOOFDVRAAG (50%)

kennis van de leerstof (50%)
kennis van het historische kader waarin de leerstof dient geplaatst te worden (20%)
inzicht in historische verbanden (15%)
zelfstandige uitbreiding bij de leerstof (15%)

Deel 2: SECONDAIRE VRAAG (20%)

kennis van de leerstof (50%)
kennis van het historische kader waarin de leerstof dient geplaatst te worden (20%)
inzicht in historische verbanden (15%)
zelfstandige uitbreiding bij de leerstof (15%)

Deel 3: HERKENNING VAN DE KUNSTWERKEN(15%)

herkennen, benoemen van het kunstwerk en de auteur en het historisch plaatsen van tussen 6 en 8 geselecteerde kunstwerken

Deel 4: PERSOONLIJKE INBRENG (15%)

voorstelling van de eigen toevoeging aan het materiaal van de cursus

Toegestane onvoldoende

Kijk in het aanvullend OER van je faculteit na of een toegestane onvoldoende mogelijk is voor dit opleidingsonderdeel.

Academische context