6 ECTS credits
150 u studietijd

Aanbieding 2 met studiegidsnummer 1020911BER voor alle studenten in het 2e semester met een verdiepend bachelor niveau.

Semester
2e semester
Inschrijving onder examencontract
Mogelijk
Beoordelingsvoet
Beoordeling (0 tot 20)
2e zittijd mogelijk
Ja
Inschrijvingsvereisten
Om dit vak te kunnen registreren moet je minstens 30 stp. behaald hebben in de bachelor. Als je een verkort programma volgt, kan je dit vak zo opnemen.
Onderwijstaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit Letteren en Wijsbegeerte
Verantwoordelijke vakgroep
History, Archaeology, Arts, Philosophy and Ethics
Onderwijsteam
Pieterjan Deckers (titularis)
Onderdelen en contacturen
0 contacturen Exam
26 contacturen Lecture
72 contacturen Self study
Inhoud

De cursus wil kennis opbouwen over en inzicht geven in de betekenis van de archeologie en de materiële cultuur in de middeleeuwen met uitweidingen naar de moderne periode.
Materiële cultuur nemen we heel breed: het gaat om de volledige materiële leefwereld van de mens in de middeleeuwen, waarbij we op zoek gaan naar hoe deze als sociaal wezen functioneerde via zijn materiële leefwereld.
Na een algemene inleiding rond de definitie van tijd en ruimte voor de middeleeuwse en moderne periode en met de behandeling van de problematiek van complementariteit tussen geschreven en materiële bronnen, gaan we dan ook thematisch in op diverse aspecten van die materiële leefwereld.

In les 1 behandelen we de wereld van de Middeleeuwen, en of de vraag of de middeleeuwen "anders" zijn. We gaan ook in op de middeleeuwse Europese ruimte en op de chronologie, alsook op het onderzoek van de middeleeuwse archeologie. We bieden een overzicht van de bronnen en methoden van de middeleeuwse archeologie. Hierbij bespreken we heel specifiek de problematiek van de interdisciplinariteit van een archeologie in een periode die ook gekend is uit de geschreven bronnen.

Nadien gaan we in op diverse topics:

-  de overgang van de Romeinse periode naar de Vroege Middeleeuwen vanuit het perspectief van de Migratie. Betekende de migratie van Germaanse groepen een omslag of eerder niet? Kunnen we etniciteit aan verandering linken?

- kunnen we de Christianisatie volgen via archeologie, kunst en materiële cultuur? Wat weten we over de niet-Christelijke religie en hoe kunnen we die archeologisch herkennen?

- hoe ging de mens om met de dood en hoe materialiseerde de mens "afscheid" in het graf?

- was er lange afstandshandel in de Vroege Middeleeuwen? Waarom en door middel van welke producten kunnen we dit herkennen? Wat betekende dit qua havenvorming of contacten met andere delen van de wereld? Wat hadden de Vikings hiermee te maken?

- hoe wanneer en waarom ontstonden er steden en wat waren hun archeologische kenmerken?

- wat is de archeologie van de rurale wereld?

- wat is de archeologie van status en  adellijke wooncultuur, met aandacht voor paleizen, kastelen en elite woningen? We besteden hierbij ook aandacht aan het belang van het "vivre noblement".

- wat zijn de archeologie van de stad en de materiële cultuur van de laatmiddeleeuwse stad, stadsarcheologie met andere woorden?

- wat is de problematiek van consumptie, van artisanaat en hoe status en identiteit werd gemedieerd via materiële cultuur, maar ook hoe de problematiek van status en consumptie leidde tot technologische innovaties?

De sites en voorbeelden zullen komen uit de Lage Landen en Europa. De bedoeling is dat iedereen inzicht heeft in de debatten die heersen, maar ook een goede basiskennis heeft van de fenomenen, sites en data in de "middeleeuwse archeologie" als zodanig.

De lessen kunnen worden aangevuld met een en/of met gastcolleges.

Er is ook een portie ZELF verbonden aan het vak.

Dat bestaat uit het schrijven van een paper over een artefact of site die niet rechstreeks in de lessen aan bod kwam, en deze te situreren binnend de thema's en ontwikkelingen aangehaald in dit vak (essay van minimaal 1000, maximaal 1500 woorden excl. bibliografie)

De lessen worden aangevuld met literatuur. Daarbij wordt van elke student minstens éénmaal deelname aan een kritische discussie over een toegewezen publicatie verwacht, aansluitend bij de les.

WAT MET COVID-19 IN ‘21-‘22?

Hoe het komend academiejaar er zal uitzien kan niemand op dit moment voorspellen. We houden wel best al zoveel mogelijk rekening met eventuele nieuwe tijdelijke lockdownperiodes of momenten waarin physical distancing zal moeten worden gerespecteerd.

Daarom voorzien we  de mogelijkheid van zowel de 'face to face-lessen' als hoorcolleges op afstand (i.e. hoorcolleges via lesopnames of via synchrone online contactmomenten).

Studiemateriaal
Digitaal cursusmateriaal (Vereist) : Powerpointpresentaties, Aangevuld met notities te maken door de student (HOC)
Digitaal cursusmateriaal (Vereist) : Documenten en literatuur, Documenten, links en discussiefora die doorheen het semester toegevoegd en aangevuld kunnen worden, Canvas
Bijkomende info

-  Powerpointpresentaties aangevuld met notities te maken door de student (HOC)

- Documenten, links en discussiefora op het interactieve leerplatform Canvas die doorheen het semester toegevoegd en aangevuld kunnen worden

Het is mogelijk dat de fieldtrips beperkte extra kosten voor de studenten met zich meebrengen die niet gecoverd zijn door de universiteit (transport)

Leerresultaten

Algemene competenties

De student kan de belangrijkste topics en onderzoeksthema's in de middeleeuwse archeologie van België situeren in een Europese context.

De student kan de onderzoeksaspecten van historische archeologie, waarbij materiële cultuur en archeologie een plaats hebben naast geschreven bronnen, grondig toelichten.

De student kan de dynamiek en evolutie van materiële cultuur vanaf het einde van de laat Romeinse periode tot de start van het industriële tijdperk analyseren en uiteenzetten.

Beoordelingsinformatie

De beoordeling bestaat uit volgende opdrachtcategorieën:
Examen Mondeling bepaalt 70% van het eindcijfer

ZELF Paper bepaalt 30% van het eindcijfer

Binnen de categorie Examen Mondeling dient men volgende opdrachten af te werken:

  • examen mondeling met een wegingsfactor 70 en aldus 70% van het totale eindcijfer.

    Toelichting: Examen mondeling
    Toelichting: Mondeling examen (met schriftelijke voorbereiding) met hoofdvraag en bijvragen ter verdieping. Er worden ook enkele termen die we gezien hebben in de lessen gevraagd.

Binnen de categorie ZELF Paper dient men volgende opdrachten af te werken:

  • zelf paper met een wegingsfactor 30 en aldus 30% van het totale eindcijfer.

    Toelichting: Paper met een wegingsfactor 30 en aldus 30% van het totale eindcijfer.

Aanvullende info mbt evaluatie

- 70%: Mondeling examen (met schriftelijke voorbereiding) met open vragen en/of beeldvragen over één van de thema's bediscussieerd tijdens de lessen. De student kent de inhoud, gebaseerd op de gegeven powerpoints en eigen notities. Connecties tussen de verschillende thema's en een grondig begrip en inzicht resulteren in hogere punten. Er worden ook enkele termen die we gezien hebben in de lessen gevraagd.
- 30% ZELF: Dat bestaat uit het schrijven van een paper over een artefact of site die niet rechtstreeks in de lessen aan bod kwam, en die te situeren binnen de thema's en ontwikkelingen aangehaald in dit vak (essay van minimaal 1000, maximaal 1500 woorden excl. bibliografie)

-  De tweede zittijd is een nieuw examen

In het geval van een nieuwe covid'19 uitbraak kan het face to face mondelinge examen geherorganiseerd worden tot digitaal mondeling examen, al dan niet met voorbereidingstijd.

Afwezigheid voor het aspect ZELF kan leiden tot de algemene resultaatcode "Afwezig" voor het gehele vak.

Het deelresultaat van het aspect ZELF is overdraagbaar naar tweede zit en/of het volgende academiejaar.

De beoordeling van kennis en inzichten op zowel het examen gebeuren volgens een gradueel scoringsmodel dat uitgezet wordt op een schaal van 1 tot 20 en van zeer slecht tot zeer goed.

Hierbij geldt evenzeer dat een punt lager dan 6 gelijk staat aan de inschatting dat de student geen enkel inzicht heeft in de materie (Zeer Slecht), dat punten van 6 t/m 9 (Slecht) gelijk staan aan de inschatting dat de student belangrijke steken heeft laten vallen die maken dat de beoordeling onmogelijk voldoende kan zijn, maar dat er wel een bepaald inzicht is. Punten 10 tot en met 13 (Matig) staan gelijk met een inschatting van de kennis en competenties van de student als Voldoende, zonder meer. Punten 14 tot en met 16 (Goed) staan gelijk met een positief oordeel over de kennis en de competenties van de student en meer dan 16 staat gelijk met de inschatting dat de student in staat is om vanuit de materie in meer of mindere mate een eigen inzicht hetzij bijdrage te leveren op het niveau van het vak.

Toegestane onvoldoende
Kijk in het aanvullend OER van je faculteit na of een toegestane onvoldoende mogelijk is voor dit opleidingsonderdeel.

Academische context

Deze aanbieding maakt deel uit van de volgende studieplannen:
Bachelor in de wijsbegeerte en de moraalwetenschappen: Standaard traject
Bachelor in de geschiedenis: Standaard traject
Bachelor in de kunstwetenschappen en de archeologie: Standaard traject
Bachelor in de taal- en letterkunde: Duits-Frans
Bachelor in de taal- en letterkunde: Frans-Italiaans
Bachelor in de taal- en letterkunde: Frans-Spaans
Bachelor in de taal- en letterkunde: Nederlands-Engels
Bachelor in de taal- en letterkunde: Nederlands-Frans
Bachelor in de taal- en letterkunde: Nederlands-Italiaans
Bachelor in de taal- en letterkunde: Nederlands-Spaans
Bachelor in de taal- en letterkunde: Nederlands-Duits
Bachelor in de taal- en letterkunde: Spaans-Italiaans
Bachelor in de taal- en letterkunde: Italiaans-Duits
Bachelor in de taal- en letterkunde: Duits-Spaans
Bachelor in de taal- en letterkunde: Engels-Duits
Bachelor in de taal- en letterkunde: Engels-Frans
Bachelor in de taal- en letterkunde: Engels-Italiaans
Bachelor in de taal- en letterkunde: Engels-Spaans
Bachelor in de toegepaste taalkunde: Nederlands-Frans
Bachelor in de toegepaste taalkunde: Nederlands-Engels
Bachelor in de toegepaste taalkunde: Nederlands-Duits
Bachelor in de toegepaste taalkunde: Nederlands-Spaans
Bachelor in de toegepaste taalkunde: Frans-Engels
Bachelor in de toegepaste taalkunde: Frans-Duits
Bachelor in de toegepaste taalkunde: Frans-Spaans
Bachelor in de toegepaste taalkunde: Engels-Duits
Bachelor in de toegepaste taalkunde: Engels-Spaans
Bachelor in de toegepaste taalkunde: Duits-Spaans
Master in de agogische wetenschappen: profiel culturele agogiek
Schakelprogramma Master of Arts in de kunstwetenschappen en de archeologie: Standaard traject
Voorbereidingsprogramma Master of Arts in de kunstwetenschappen en de archeologie: Standaard traject