Grondige studie van de Nederlandse literatuur en haar culturele context

3 ECTS credits
75 u studietijd

Aanbieding 1 met studiegidsnummer 1020979BER voor alle studenten in het 2e semester met een verdiepend bachelor niveau.

Semester

2e semester

Inschrijving onder examencontract

Mogelijk

Beoordelingsvoet

Beoordeling (0 tot 20)

2e zittijd mogelijk

Inschrijvingsvereisten

Om Grondige studie van de Nederlandse literatuur en haar culturele context - 2 te kunnen opnemen, moet je geslaagd zijn voor Grondige studie van de Nederlandse literatuur en haar culturele context 1, of dit vak tenminste opnieuw registreren. Geef steeds voorrang aan vakken uit de laagste fase van je opleiding. Als je een verkort programma volgt, kan je dit vak zo opnemen.

Onderwijstaal

Nederlands

Faculteit

Faculteit Letteren en Wijsbegeerte

Verantwoordelijke vakgroep

Linguistics and Literary Studies

Onderwijsteam

Carl De Strycker (titularis)
Hans Vandevoorde

Onderdelen en contacturen

0 contacturen Exam
26 contacturen Lecture
10 contacturen Self study

Inhoud

Inleiding op de theorie van genres en media in een historisch perspectief. Voorbeelden: epische gedichten, ode & elegie, visuele poëzie, prozagedichten, sonnetten, etc.

Teksten van een genre/medium/auteur worden onderzocht op hun literariteit en hybriditeit of op hun verhouding tot de historische & autobiografische werkelijkheid.

Vergelijking met andere literaturen en met voorbeelden uit verschillende perioden van de Nederlandse literatuur.

Studiemateriaal

Digitaal cursusmateriaal (Vereist) : Reader
Digitaal cursusmateriaal (Vereist) : Hand-outs
Digitaal cursusmateriaal (Vereist) : Ppts
Praktisch cursusmateriaal (Vereist) : Schrijven met stijl
Praktisch cursusmateriaal (Vereist) : Teksten
Handboek (Vereist) : Vertelduivels, Luc Herman & Bart Vervaeck, 3de druk, Vantilt, 9789077503317, 2005

Bijkomende info

De studenten nemen zelf notities tijdens de les. Ppts en een reader met teksten worden ter beschikking gesteld.

Leerresultaten

Algemene competenties

- De student heeft kennis van de evolutie van genres en media en heeft inzicht in de literaire en contextuele factoren die deze ontwikkeling bepalen.
- Tevens heeft hij/zij inzicht in de samenhang tussen teksten uit de Nederlandse literatuur met andere media en met teksten/media uit andere literaturen.

- De student kan zijn/haar inzicht in de interne en externe elementen die bijdragen tot de literariteit van een tekst, op een kritische wijze schriftelijk en mondeling verwoorden.
- Daarbij is hij/zij in staat tot het formuleren van een probleemstelling, het kiezen van een onderzoeksmethode en het zelfstandig vinden en verwerken van verantwoorde secundaire literatuur.

Beoordelingsinformatie

De beoordeling bestaat uit volgende opdrachtcategorieën:
Examen Mondeling bepaalt 25% van het eindcijfer

Examen Praktijk bepaalt 75% van het eindcijfer

Binnen de categorie Examen Mondeling dient men volgende opdrachten af te werken:

Mondeling examen met een wegingsfactor 1 en aldus 25% van het totale eindcijfer.

Toelichting: Mondeling examen met schriftelijke voorbereiding (min. 15 minuten). Studenten kunnen niet slagen als ze het standaardnederlands niet beheersen. De schriftelijke voorbereiding van het mondelinge examen dient uitsluitend als steun voor de studenten, wordt aan het eind van het examen ongewijzigd afgegeven maar wordt niet beoordeeld.

Binnen de categorie Examen Praktijk dient men volgende opdrachten af te werken:

Portfolio met een wegingsfactor 1 en aldus 75% van het totale eindcijfer.

Toelichting: Portfolio. Enkel voor de tweede zittijd wordt de groepspresentatie die deel uitmaakt van het portfolio (in de vorm van een PPT), vervangen door een individuele presentatie met ppt van min.10 - max.15 min. Voor de tweede zittijd moeten alle opdrachten binnengeleverd zijn voor 31 juli.

Aanvullende info mbt evaluatie

Zonder volledig portfolio (70% van de punten) wordt de student niet toegelaten tot het mondeling examen (30% van de punten). Tijdens het college wordt gestreefd naar interactie met de studenten.

Enkel voor de tweede zittijd wordt de groepspresentatie die deel uitmaakt van het portfolio (in de vorm van een PPT), vervangen door een individuele presentatie met ppt van min.10 - max.15 min. Voor de tweede zittijd moeten alle opdrachten binnengeleverd zijn voor 31 juli.

In een studiehandleiding die de docent bij het begin van het semester geeft, wordt de evaluatie op bindende wijze gepreciseerd.

Toegestane onvoldoende

Kijk in het aanvullend OER van je faculteit na of een toegestane onvoldoende mogelijk is voor dit opleidingsonderdeel.

Academische context