25 ECTS credits
750 u studietijd
Aanbieding 1 met studiegidsnummer 6021864ENR voor alle studenten in het 1e en 2e semester met een verdiepend master niveau.
1. “Gevalsbespreking”:
Tijdens deze sessies worden de praktijkgevallen voorgesteld en in teamverband, eventueel interdisciplinair, besproken. De onderwerpen die aan bod zullen komen zijn deze vanuit de stages en hebben betrekking op de eindtermen zoals gedefinieerd onder ‘medicus’ niveau 2.)
2. “Patiëntenzorg en medisch-technische vaardigheden”:
De ASO krijgt de kans om tijdens zijn opleiding een breed aantal domeinen binnen het specialisme te beoefenen. De ASO verwerft tijdens deze stages de hieronder vermelde specifieke kennis en vaardigheden en past deze toe in de praktijk.
2A. Tijdens de stages in de autopsiepathologie, histopathologie, cytopathologie, zal de ASO voldoende achtergrondkennis verwerven om de technieken die gebruikt worden in dit specialisme te begrijpen en te dirigeren (zoals histochemie, elektronenmicroscopie, immuunhistochemie, moleculaire pathologie, ....).
2B. De ASO verwerft ook vaardigheden in de peroperatoire en urgente diagnostiek.
De procedurele vaardigheden die zullen aan bod komen maken de eindtermen uit van niveau 2 en zijn deze vermeld in het dossier onder “afstudeerrichting pathologische anatomie, afd VIII: programma niveau 2”.
Tevens dient de ASO te functioneren met toenemende zelfstandigheid en complexiteit gestoeld op wetenschappelijke basis.
De doelstellingen worden overwegend in de praktijk verworven door:
- multidisciplinaire stafvergaderingen
- stafvergaderingen
- bench-side teaching
- gevalsbesprekingen
De ASO is actief betrokken bij het gebeuren rondom het technische laboratorium, inclusief controle van de pre-analytische fase en validatie van geproduceerde resultaten (post-analytische fase). Hij blijft zeer kritisch en vult zijn praktische kennis aan door de achtergrond theorie aan te leren in de verschillende informatiebronnen die ter beschikking staan.
OLR 1 – heeft diepgaande medische kennis en inzicht verworven in het specialisme.
OLR 3: Heeft het probleemoplossend vermogen verder ontwikkeld en past dit toe in de praktijk (M, W)
OLR 6: Kent de mogelijkheden van andere zorgdisciplines en de deskundigheden van anderen in de patiëntenzorg (C, M)
OLR 2 – Heeft de vaardigheden, eigen aan het specialisme, verworven en past deze correct toe.
OLR 13: Kan participeren in de organisatie van de gezondheidszorg en in het beleid van de dienst (Ma)
OLR 19 – Voldoet aan de algemene en specifieke eindtermen, eigen aan het specialisme, betreffende diagnostiek en ziektebeelden / aandoeningen.
OLR 15: Houdt rekening met de economische aspecten van de geneeskunde en gaat doelmatig om met middelen, waarbij onder- en overgebruik vermeden worden (M)
OLR 16: Kent de principes van demedische informatica voor het leveren van optimale patiëntenzorg en voor het onderhouden van de eigen deskundigheid (M).
OLR 17: Blijft voortdurend de eigen vaardigheden verder ontwikkelen en verbeteren (M)
OLR 18: Is in staat om “standards of care” te zetten en kwaliteitseisen met betrekking tot de verschillende aspecten van het eigen specialisme te formuleren (M, Ma)
De beoordeling bestaat uit volgende opdrachtcategorieën:
Examen Mondeling bepaalt 50% van het eindcijfer
Examen Andere bepaalt 50% van het eindcijfer
Binnen de categorie Examen Mondeling dient men volgende opdrachten af te werken:
Binnen de categorie Examen Andere dient men volgende opdrachten af te werken:
Examen met een wegingsfactor 1 en aldus 50% van het totale eindcijfer.
Toelichting: Examen: de kandidaat krijgt een 10-tal gevallen op te lossen. Na voorbereiding (met toegang tot tekstboeken) bespreekt de kandidaat de gevallen aan de 7-kop microscoop in bijzijn van de jury. De jury bestaat uit alle erkende pathologen van de dienst met een academisch mandaat.
Portfolio beoordelingsgesprek met een wegingsfactor 1 en aldus 50% van het totale eindcijfer.
Deze aanbieding maakt deel uit van de volgende studieplannen:
Master in de specialistische geneeskunde: pathologische anatomie