6 ECTS credits
180 u studietijd

Aanbieding 1 met studiegidsnummer 1022115BER voor alle studenten in het 2e semester met een verdiepend bachelor niveau.

Semester
2e semester
Inschrijving onder examencontract
Mogelijk
Beoordelingsvoet
Beoordeling (0 tot 20)
2e zittijd mogelijk
Ja
Inschrijvingsvereisten
Studenten die dit opleidingsonderdeel opnemen, moeten minstens 30 ECTS-credits op bachelorniveau behaald hebben. Of de student is ingeschreven in een verkort traject waar het opleidingsonderdeel voorkomt.
Onderwijstaal
Nederlands
Faculteit
Faculteit Recht en Criminologie
Verantwoordelijke vakgroep
Privaatrecht
Onderwijsteam
Ralph De Wit (titularis)
Onderdelen en contacturen
39 contacturen Hoorcollege
110 contacturen Zelfstudie en externe werkvormen
Inhoud

De behandelde materie omvat voornamelijk de benoemde overeenkomsten uit het Burgerlijk Wetboek, evenals de basisbeginselen van enkele andere courante contracten, bijvoorbeeld commissie (nauw aansluitend bij lastgeving) en vervoer (nauw aansluitend bij aanneming van werk). Van de klassieke contracten in het Burgerlijk Wetboek (art. 1582-2091) worden sommige niet of slechts zeer summier behandeld, omdat zij eerder aansluiten bij andere cursussen: zo hoort inpandgeving, waarbij een zakelijke zekerheid wordt gecreëerd, uit zijn aard in feite meer bij de materie van de zekerheidsrechten. Bovendien spreekt het voor zich dat aan de belangrijkste contracten, zoals bv. koop en huur, meer aandacht wordt besteed dan aan bv. de kanscontracten.

Omwille van de omvang van de materie moeten uiteraard keuzes worden gemaakt. Getracht wordt, vooral tijdens de hoorcolleges, om de student een inzicht te geven in de mechanismen van het contractenrecht, veeleer dan aandacht te besteden aan detailpunten. Er wordt tevens rekening gehouden met de moderne ontwikkelingen in het contractenrecht, die er helaas toe leiden dat de materie alsmaar uitgebreider wordt. De predominantie van het Burgerlijk Wetboek vermindert: zo wordt bv. bij de behandeling van de koop niet alleen aandacht besteed aan het klassieke contract in het Burgerlijk Wetboek (art. 1582-1701) en uiteraard aan de onder invloed van het Europese recht doorgevoerde aanpassingen (verkoop aan consumenten, art. 1649bis-1649octies), maar ook aan de internationale koop (het Weens Koopverdrag) en de handelskoop (de Incoterms). Dat betekent, dat andere contracten minder aan bod komen: zo bv. wordt de nochtans zeer omvangrijke en gedetailleerde Pachtwet weggelaten, omdat het om een materie gaat die, hoewel in de praktijk belangrijk, erg plaatsgebonden en gespecialiseerd is. Voor sommige aspecten van bepaalde contracten, zoals de sociale woninghuur, ontbreekt eenvoudigweg de tijd.

Studiemateriaal
Handboek (Vereist) : Bijzondere overeenkomsten, Leidraad voor studenten, Ralph DE WIT, Gompel & Svacina, 9789463713764, 2022
Bijkomende info

Niet van toepassing. 

Leerresultaten

Algemene competenties

Het onderricht in de materie van de gebruikelijke contracten is overwegend gericht op kennisverwerving, die moet leiden tot een werkelijk begrijpen en kunnen toepassen van de abstract geformuleerde rechtsregel.

Het opleidingsonderdeel “Contractenrecht” sluit nauw aan bij het basisopleidingsonderdeel “Verbintenissenrecht”, dat de studenten in het eerste semester van het tweede bachelorjaar te verwerken kregen. De algemene principes, die aan ieder contract ten grondslag liggen, zijn dus gekend, wat de assimilatie van de gedoceerde stof normaliter ten goede moet komen. Het gehalte aan materieel recht, m.a.w. aan feitelijk te bestuderen en te kennen rechtsregels, is dermate groot dat het voornaamste leerdoel eerder neerkomt op een synthese en systematisering van de stof dan op een uitgebreid en gedetailleerd bespreken van deze onderscheiden regels. Aangezien geschreven studiemateriaal beschikbaar is (handboek), wordt tijdens het hoorcollege veel nadruk gelegd op praktische voorbeelden, wat tot een verlevendiging en concretisering van de materie moet leiden. Sommige praktische voorbeelden worden via het leerplatform ter beschikking gesteld. De toelichting bij de voorbeelden en de oplossing van vragen worden enkel tijdens het hoorcollege meegedeeld.

Concreet wordt van de studenten verwacht dat zij:

  • een overzicht kunnen geven van de inhoud en opbouw van een bepaald contract;
  • de kernbegrippen kunnen definiëren en kunnen plaatsen in de passende context;
  • de bronnen kennen en kunnen opzoeken; actief en gericht kunnen gebruiken van het Burgerlijk Wetboek is een absoluut vereiste;
  • een specifiek contract kunnen kwalificeren en kunnen onderscheiden van andere, mogelijkerwijze aanverwante contracten;
  • rechtspraak over contractenrecht kunnen ontleden en kritisch evalueren;
  • voorbeelden kunnen geven van de principes en de principes kunnen ontdekken in voorbeelden;
  • een kritisch oordeel kunnen vormen over controversiële onderdelen van het vakgebied;
  • de evolutie in de regelgeving kunnen beschrijven en verklaren.

Beoordelingsinformatie

De beoordeling bestaat uit volgende opdrachtcategorieën:
Examen Mondeling bepaalt 100% van het eindcijfer

Binnen de categorie Examen Mondeling dient men volgende opdrachten af te werken:

  • Mondeling Examen met een wegingsfactor 100 en aldus 100% van het totale eindcijfer.

Aanvullende info mbt evaluatie

Voor procedure en voorbeeldvragen: zie leerplatform.

Indien de student niet voldoet in de eerste zittijd geldt het examen in tweede zittijd als een geheel nieuw examen.

Toegestane onvoldoende
Kijk in het aanvullend OER van je faculteit na of een toegestane onvoldoende mogelijk is voor dit opleidingsonderdeel.

Academische context

Deze aanbieding maakt deel uit van de volgende studieplannen:
Bachelor in de rechten: Standaard traject
Bachelor in de rechten: Verkort traject
Master in de rechten: Verkort traject
Voorbereidingsprogramma Master of Laws in de rechten: Standaard traject