Masterproef

9 ECTS credits
270 u studietijd

Aanbieding 1 met studiegidsnummer 4022334ENR voor alle studenten in het 1e en 2e semester met een verdiepend master niveau.

Semester

1e en 2e semester

Inschrijving onder examencontract

Niet mogelijk

Beoordelingsvoet

Beoordeling (0 tot 20)

2e zittijd mogelijk

Onderwijstaal

Nederlands

Faculteit

Multidisciplinair Instituut Lerarenopleiding

Verantwoordelijke vakgroep

Multidisciplinair Instituut Lerarenopleiding

Onderwijsteam

Iris Stiers
Inge Bogaert
Vicky Willegems
Promotor . (titularis)

Onderdelen en contacturen

12 contacturen Werkcolleges, practica en oefeningen
258 contacturen Zelfstudie en externe werkvormen

Inhoud

Doel

In de verkorte educatieve master ligt het accent op het vaardig worden als leraar onderzoeker met het oog op het verbeteren van de onderwijspraktijk. Eerder verworven onderzoekscompetenties uit de vooropleiding worden ingezet, getransfereerd naar de onderwijscontext en aangevuld met voor het eigen onderwijsonderzoek relevante onderzoekscompetenties. Waar mogelijk wordt ingezet op collaboratief praktijkonderzoek in een partnerschool of -organisatie, waar de student lid is van een onderzoeksteam. Thematisch kan breed onderwijskundig of vakdidactisch onderzoek aan bod komen.

Binnen enkele partnerscholen impliceert dit dat de student participeert aan de samenwerkingsstructuur zoals opgezet in het design van de onderzoekende school. De student neemt een actieve rol op in het onderzoeksteam tijdens het ontwerpen, uitvoeren en rapporteren (en communiceren) over het onderzoek. Meerdere studenten kunnen deel uitmaken van hetzelfde onderzoeksteam.

Begeleiding

De student wordt begeleid door een promotor. Een concrete planning voor de begeleiding wordt op initiatief van de student samen met de promotor uitgewerkt. Er worden onderzoeksseminaries ingericht met focus op ondersteuning van de onderscheiden stappen in een onderwijsonderzoek, het vorm geven van het onderzoeksplan en het academisch schrijven.

Masterproef

Een handleiding met bijkomende informatie (deadlines, vorm van indienen, beoordeling…) is terug te vinden op de cursusruimte (CANVAS) van dit opleidingsonderdeel.

Valorisatie in de onderwijspraktijk

De student presenteert de relevante aspecten uit zijn onderzoek op een studiedag aan externen (onderzoeksteam, schoolteam of een breed doelpubliek). Modaliteiten van de presentatie worden via specifieke richtlijnen meegedeeld.

Studiemateriaal

Digitaal cursusmateriaal (Vereist) : Beschikbaar via Canvas
Handboek (Aanbevolen) : Academisch schrijven tijdens de hogere opleiding, De pen is machtiger dan het zwaard, Cornelis, G., Pelckmans Pro., 9789463370608, 2017
Handboek (Aanbevolen) : Praktijkonderzoek, Motor voor verandering van organisaties, Verdonschot, S. & Smit, M., Bohn Stafleu van Loghum, 9789031382385, 2010
Handboek (Aanbevolen) : Praktijkonderzoek in de school, Ven der Donk, C. & Van Lanen, K, 4de druk, Coutinho, 9789046907320, 2020
Handboek (Aanbevolen) : Bouwstenen voor onderzoek in onderwijs en opleiding, Stokking, K., Maklu, 9789044133424, 2016

Bijkomende info

Er wordt verwacht dat studenten deelnemen aan de onderzoeksseminaries (werkcolleges) en open lesmomenten binnen dit OO om zich maximaal op de praktijk te kunnen voorbereiden.

Leerresultaten

Algemene competenties

Opleidingsspecifieke leerresultaten

9, 10, 14, 15, 17, 20

Doelen

De student neemt een onderzoekende houding aan ten aanzien van de school- en/ of klaspraktijk en gaat constructief om met feedback doorheen zijn onderzoeksproces.
De student voert kwaliteitsvol (praktijk)onderzoek uit, bij voorkeur in een collaboratieve setting, geënt op de kenmerken en noden van de onderwijspraktijk.
De student kan in interactie met anderen reflecteren op kwaliteitskenmerken en ethische principes in het opzetten, uitvoeren en rapporteren van onderzoek en kan deze toepassen.
De student neemt in overleg de verantwoordelijkheid voor de volledige onderzoekscyclus en formuleert zelfstandig voorstellen voor iedere stap van het onderzoeksproces (zoals een gerichte internationale literatuurstudie, een onderwijsrelevante probleemstelling, scherpgestelde onderzoeksvragen, de meest toepasselijke methodologie m.i.v. een navolgbare beschrijving van dataverzameling en data-analyse, een heldere rapportering van resultaten en discussie met terugkoppeling naar eerder onderzoek, kritische reflectie op eigen onderzoek en eventuele aanbevelingen voor beleid en praktijk in het onderwijs)
De student hanteert een correct taalgebruik (spelling, grammatica), een wervende schrijfstijl en respecteert daarbij afspraken over structuur, volume en referentiestijl, en de regels omtrent wetenschappelijke integriteit (respect voor auteursrecht, respecteren van regels omtrent privacy en verzamelen en opslag van data).
De student kan relevante aspecten uit zijn onderzoek en de bijdrage ervan aan de onderwijspraktijk in een gepast register delen met relevante externen (doelpubliek, betrokken actoren, etc.). In een setting waarin wetenschappelijke kennis, ervaringskennis en verzamelde gegevens over de praktijk worden samengebracht, doet hij/zij dat met respect voor de inbreng van de verschillende stakeholders.
De student kan het onderzoeksproces beheren en daartoe gepaste communicatie-, vergader- en planningstechnieken inzetten.

Beoordelingsinformatie

De beoordeling bestaat uit volgende opdrachtcategorieën:
Examen Mondeling bepaalt 20% van het eindcijfer

Examen Andere bepaalt 10% van het eindcijfer

Masterproef bepaalt 70% van het eindcijfer

Binnen de categorie Examen Mondeling dient men volgende opdrachten af te werken:

Presentatie met een wegingsfactor 20 en aldus 20% van het totale eindcijfer.

Toelichting: De student presenteert de relevante aspecten uit zijn onderzoek op een studiedag aan externen (onderzoeksteam, schoolteam, breed doelpubliek, etc.). Modaliteiten van de presentatie worden via specifieke richtlijnen meegedeeld.

De promotor en een begeleider uit MILO bepalen de eindscore aan de hand van een beoordelingsformulier.

Binnen de categorie Examen Andere dient men volgende opdrachten af te werken:

Permanente evaluatie met een wegingsfactor 10 en aldus 10% van het totale eindcijfer.

Toelichting: De promotor evalueert het onderzoeksproces van de student, en zorgt voor een formatieve tussentijdse evaluatie

Binnen de categorie Masterproef dient men volgende opdrachten af te werken:

Masterproef met een wegingsfactor 70 en aldus 70% van het totale eindcijfer.

Toelichting: De masterproef wordt geschreven in de vorm van een populair wetenschappelijk artikel gericht naar professionals uit het werkveld.

Een handleiding met bijkomende informatie (deadlines, vorm van indienen, beoordeling…) is terug te vinden op de cursusruimte (CANVAS) van dit opleidingsonderdeel.

De jury bepaalt de eindscore. De jury bestaat uit de promotor (en desgevallend de begeleider) en een bijkomend lid (ZAP/OAP/ externe, vertrouwd met onderzoeksdomein/ werkveld). De eindscore is het gemiddelde van de scores van elk jurylid. In geval het verschil tussen het hoogste en het laagste voorgestelde beoordelingscijfer méér dan 4/20 (20% van de beoordelingsschaal) blijft, ook na een bespreking, wordt een bijkomende beoordelaar aangewezen.

Aanvullende info mbt evaluatie

De student moet op het gedeelte masterproef minimaal 10/20 behalen om te kunnen slagen voor het OO masterproef.

Toegestane onvoldoende

Kijk in het aanvullend OER van je faculteit na of een toegestane onvoldoende mogelijk is voor dit opleidingsonderdeel.

Academische context