6 ECTS credits
150 u studietijd
Aanbieding 1 met studiegidsnummer 1023279ANR voor alle studenten in het 1e en 2e semester met een inleidend bachelor niveau.
Dit studiedeel bestaat uit twee delen. Het eerste deel, de theorie, wordt taaloverschrijdend aangeboden in het eerste semester. In dit deel maak je kennis met de belangrijkste theorieën en concepten in de vertaalkunde. Het doel is om reflectie te stimuleren over en zodoende je inzicht te vergroten in (1) het vertaalproces, (2) het vertaalproduct en (3) de functie van vertalen. Maar wat is vertalen eigenlijk? We zien vertalen in dit studiedeel als meer dan een activiteit waarbij je simpelweg een tekst in de brontaal moet vervangen door een tekst in de doeltaal. Voor ons is vertalen een doelgerichte activiteit – die zowel schrijftelijk als mondeling (= tolken) kan zijn – waarbij je moet mediëren tussen talen en culturen, waarbij verschillende partijen betrokken zijn, en die ingebed zit in een specifieke socioculturele, geografische en historische context. Om die reden staan we zowel stil bij het historische vertaaldiscours als bij de vertaal- en tolkpraktiijk in de huidige geglobaliseerde maatschappij. We stellen vragen als: Voor welke uitdagingen kom je als vertaler en/of tolk te staan? Welke strategieën kan je toepassen? Wat wordt bedoeld met equivalentie? Hoe pas je je vertaling (en je boodschap) aan naargelang de communicatieve functie en je doelpubliek? Welke technologische hulpmiddelen bestaan er om dit alles tot een goed einde te brengen?
Door het beantwoorden van deze en andere vragen willen we je (theoretische) handvaten aanreiken die je niet alleen zullen helpen bij de praktische vertaallessen tijdens je opleiding maar die je ook zullen voorbereiden om als succesvolle verbindingspersoon op te treden tussen talen en culturen buiten de lesuren. Vertalen is immers een activiteit die onlosmakelijk verbonden is met alledaagse meertalige praktijken, en dus ook een cruciale vaardigheid om communicatie te faciliteren in een meertalige en multiculturele samenleving.
In het tweede deel van dit studiedeel gaan we vertalen van het Engels naar het Nederlands en omgekeerd. Naast het vertalen gaan we ook Engelse teksten parafraseren en samenvatten. Hierbij maken we gebruik van een grote waaier aan taaluitingen en bronteksten die kunnen variëren qua lengte, medium, thema, genre, context en communicatieve functie. De oefeningen zullen ook dienen om je kennis van de Engelse en Nederlandse grammatica te bestendigen door Nederlandse en Engelse zinsstructuren met elkaar te vergelijken. We gaan eveneens in op de specifieke idiomaticiteit van de beide talen zodat letterlijke vertalingen kunnen vermeden worden.
In de lessen schenken we aandacht aan het vertaalproduct èn het vertaalproces, reflecteren over vertaaluitdagingen (vb. inhoudelijke, lexicale of grammaticale valkuilen) en benoemen en motiveren de vertaalkeuzes van onszelf en in voorbeeldvertalingen. De opdrachten zelf – individueel of in team - zullen ook variëren; We maken ook kennis met technologische vertaalhulpmiddelen voor het vertalen van het Nederlands naar het Engels (en omgekeerd) en leren er kritisch mee omgaan.
Concreet heeft dit studiedeel de volgende doelstellingen:
1) ondersteuning van je Engelse taalverwervingsproces en je Nederlandse taalbeheersing op het gebied van grammatica en woordenschatuitbreiding (woorden en woordcombinaties), alsook wat de 4 taalvaardigheden (spreken, luisteren, schrijven, lezen) betreft, met een focus op schrijfvaardigheden;
2) bevordering van je taalbewustzijn door te reflecteren over de gelijkenissen en verschillen tussen twee taalsystemen;
3) bevordering van je vertaal- en interculturele competentie door te reflecteren over de gelijkenissen en verschillen in taalgebruik in verschillende contexten en situaties met verschillende communicatieve doelen.
Het studiedeel in het eerste semester (theorie) bestaat uit een reeks hoorcolleges. In het tweede semester gaan we praktisch aan de slag in de werkcolleges. De powerpointslides van deze hoor- en werkcolleges, je notities en de gegeven feedback op (vertaal)opdrachten vormen het lesmateriaal. Dit materiaal kan ook worden aangevuld met extra lees- en/of luistermateriaal. Al het lesmateriaal zal gedeeld worden op het leerplatform (Canvas).
De beoordeling bestaat uit volgende opdrachtcategorieën:
Examen Schriftelijk bepaalt 40% van het eindcijfer
Examen Andere bepaalt 50% van het eindcijfer
Andere bepaalt 10% van het eindcijfer
Binnen de categorie Examen Schriftelijk dient men volgende opdrachten af te werken:
Binnen de categorie Examen Andere dient men volgende opdrachten af te werken:
Binnen de categorie Andere dient men volgende opdrachten af te werken:
Evaluatie eerste examenzittijd:
1e semester (=theorie): 50% evaluatietaak (januari)
2e semester (=praktijk): 40% schriftelijk examen (juni) + 10% permanente evaluatie (praktische opdrachten in loop van semester)
Evaluatie tweede examenzittijd:
50% (theoretische) evaluatietaak + 50% schriftelijk (praktijk)examen
Indien een student voor de beide onderdelen (d.w.z. theorie en praktijk) van het vak geslaagd is, stemt het eindcijfer in de eerste zittijd overeen met het totale gemiddelde van de beide onderdelen. Indien een student op één van de onderdelen minder dan 9/20 behaalt, wordt het laagst behaalde cijfer als eindcijfer ingevoerd. In dat geval wordt een schriftelijke evaluatie afgelegd in de tweede zittijd voor het onderdeel waarvoor de student minder dan 9/20 behaalde in de eerste zittijd. Het eindcijfer in de tweede zittijd vormt het totale gemiddelde dat werd behaald op het onderdeel waarvoor de student geslaagd was in de eerste zittijd en het onderdeel waarvoor een schriftelijke evaluatie werd afgelegd in de tweede zittijd. Indien een student opnieuw op één van de onderdelen minder dan 9/20 behaalt, wordt het laagst behaalde cijfer als eindcijfer ingevoerd.
Deze aanbieding maakt deel uit van de volgende studieplannen:
Bachelor in de taal- en letterkunde: Engels-Duits
Bachelor in de taal- en letterkunde: Engels-Frans
Bachelor in de taal- en letterkunde: Engels-Spaans
Bachelor in de toegepaste taalkunde: Nederlands-Engels
Bachelor in de toegepaste taalkunde: Frans-Engels
Bachelor in de toegepaste taalkunde: Engels-Duits
Bachelor in de toegepaste taalkunde: Engels-Spaans